Terwijl in Nederland de zoveelste weekendstorm in aantocht is vlieg ik naar Malta. Ik ben uitgenodigd door MTA (Malta Tourism Authority) voor een herkansing nadat vorig jaar de Malta Marathon letterlijk in het water viel. Gelukkig is Malta nog niet in de greep van het coronavirus en zijn alle lopers welkom. Op schrikkeldag arriveer ik op Malta. Het zonnetje schijnt en het is lenteachtig warm. In het hotel waar ik verblijf haal ik mijn startnummer op. Na een heerlijk diner met een Hongaarse en 2 Nederlandse collega’s zoek ik de rust op van mijn hotelkamer en zet de wekker op 05.00 uur.
Vroege vogel
De volgende dag stap ik om 06.00 uur, samen met een Israëlische loopster, in de taxi die me naar de start in Mdina brengt. We zijn goed op tijd en hebben nog een uur te gaan voor de start. Het waait en het is fris. Mdina ligt centraal op Malta, op een heuveltop. En het is een prachtig stadje. De smalle middeleeuwse straatjes bieden gelukkig wat beschutting tegen de stevige wind. Net zoals veel andere marathonlopers maken we flink wat foto’s. Je zou bijna vergeten dat je hier bent voor de marathon. Een marathon die begint op een heuvel en eindigt aan de kust. Het verval is 200 meter. Van te voren reken ik me al rijk, dat moet bijna wel een p.r. worden. Zoals altijd is de praktijk wat weerbarstiger dan de theorie.
Stuck in a time loop
Mdina is niet alleen de start van de hele marathon; ook de halve marathon en de walkathon starten hier en deze gaan vrijwel direct richting de kust naar de finish in Sliema. De hele marathon pakt eerst een paar lussen rondom Mdina. Waar we ook gaan, we houden zicht op dit mooie stadje. Wat de volgende uitspraak ontlokt aan een loper uit Londen: ‘Well, it seems we’re stuck in a time loop. We don’t seem to get away from Mdina.’ Na 25 km dan toch eindelijk wel en komen we op dezelfde route als de wandelaars en de lopers van de halve marathon.
Rond 30 kilometer wordt het weer gezellig druk op het parcours. Wanneer je, zoals ik, geen snelle loper bent dan bungel je meestal ergens eenzaam achteraan in het deelnemersveld. Daar is hier geen sprake van. Ik bevind me opeens tussen het staartje van de lopers op de halve marathon en de vele, vaak uitbundig uitgedoste, wandelaars. En dan is er de muziek. Het gebrek aan veel publiek op de route wordt meer dan ruimschoots goed gemaakt door doedelzakspelers, fanfares en prachtige muziek gezongen door prima zangeressen en zangers. Echt helemaal te gek. Het is dat ik door moest, maar anders had ik ergens een koud drankje gehaald en was ik blijven staan luisteren.
Vakantiegevoel
De muziek en de aanmoedigingen van de vele vrijwilligers bij de verzorgingsposten maken dat ik mijn best doe om door te lopen op dit soms best pittige parcours. De eerste helft liep ik als een dolle.. Helaas lukt me het niet om dit vol te houden toen de temperatuur begon op te lopen. De straffe wind zorgde weliswaar voor wat verkoeling, maar stond soms genadeloos tegen op stukjes die natuurlijk nèt naar boven gingen.
Terwijl ik mezelf inwendig vervloek om mijn bravoure vroeg in de race, grijp ik de gelegenheid aan om wat plaatjes te schieten. Het is hier ook zo mooi! De cactussen groeien in de berm, de oude stadjes liggen mooi te zijn bovenop de heuvels en de lucht is oogverblindend blauw. Na een pittige afdaling langs de verdedigingsmuren van Valetta (de hoofdstad) loopt de route langs de jachthavens naar de finish. Die jachthavens geven mij altijd een vakantiegevoel.
Tuimelaar
De laatste kilometers krijg ik het wat licht in mijn hoofd en bij 40 km besluit ik om de rest uit te wandelen. Niet alleen, want naast mij loopt Jolanda, die eigenlijk voor Kika naar de Tokio zou gaan. Vanwege corona ging Tokio niet door en was Malta het alternatief. Stevig doorstappend en ondertussen gezellig kletsend komen we bij de finish. Ik weet er nog een sprintje uit te persen en er wacht een enorme “gouden” plak op mij. Een prachtige medaille met de poort van Mdina er op.
Na de lunch ga ik mee met een tour over het eiland. In een taxibusje. Ik zal jullie de details besparen over hoe ik uit het busje tuimel bij de diverse bezienswaardigheden. Iets met stijve spieren. 😉 De gids was overigens heel galant en hielp mij bij het in- en uitstappen. De volgende dag mag ik nog even de toerist uithangen. De hele dag breng ik met 3 andere loopsters door op Gozo, het kleinere naburige eiland. Ik ken Gozo nog van de halve marathon in 2019 en ik ben blij om weer even terug te zijn op dit rustige mooie eiland. De volgende dag ben ik weer terug in een druilerig Nederland, maar wel met een mooie ervaring rijker.