Een paar maanden van je loopleven hebben in het teken gestaan van die ene wedstrijd. Je hebt afgezien, genoten en een enorme lading voorpret ontwikkeld en dan is het eindelijk zover; je mag! Maar dan verloopt die wedstrijd toch niet zoals jij voor ogen had, je haalt dat ultieme doel niet. Met een medaille om je nek, maar met een chagrijnig weer naar huis gaan is dan toch eigenlijk doodzonde?
Meestal loopt het anders
Een wedstrijd verloopt zelden precies volgens het plan dat je van tevoren – al dan niet met behulp van een trainer – hebt uitgedacht. Een verkoudheid, , toch te hard van start gegaan, harde wind, een piek in de temperatuur of gewoon de benen niet zonder dat je er een verklaring voor hebt. Het kan allemaal gebeuren en het is goed om je daar vooraf van bewust te zijn, goed om je niet blind te staren op maar één mogelijke uitkomst. Anders dan voor professionele sporters geldt voor ons recreanten ook nog eens dat het resultaat niet heilig is. Het is ook de bedoeling dat je plezier aan het lopen beleeft, ook als je met een startnummer loopt.
Wat ik lopers aanraad is om voor die grote wedstrijd die je in de agenda hebt gezet een paar subdoelen te stellen. Niet een heilig doel, maar drie doelen. Die doelen stel je pakweg een week voor de race en ze vergroten de kans dat jij straks niet alleen met een medaille om je nek wegloopt, maar ook dat je dat met een tevreden gevoel doet.
Drie doelen
Stel, jouw grote wens is een halve marathon te lopen binnen twee uur en stel, je hebt nu een pr staan van 2 uur, 4 minuten en 12 seconden. Je eerste doel kan zijn: finishen, in de buurt van je pr komen (stel 2:05) en een leuke dag hebben. Dat doel omschrijf je als: ‘mooi’. Doel twee is een pr lopen, dus onder de 2:04:12 finishen. Dit zou ‘geweldig’ zijn. Je derde doel, je A-doel is onder de twee uur lopen. Dit zou ‘fantastisch met confetti, slingers en polonaise’ zijn. De kans dat je met een lach (van glimlach tot een stralende lach die een week blijft zitten) terugkeert naar huis is dan vele malen groter dan wanneer je van jezelf koste wat kost die tijd van onder de twee uur had moeten lopen.
Het is zeker niet verkeer om hoog in te zetten of jezelf pittige doelen te stellen. Alleen maar mooi, zo prikkel je jezelf nog eens. Maar we worden niet betaald om te lopen, dus laten we er dan wel voor zorgen dat we aan het lopen zoveel mogelijk lol beleven. Misschien kan deze strategie je daarbij helpen. Veel plezier bij je volgende wedstrijd!
Egon
Vroeger had ik een trainer die na een tegenvallende wedstrijd zei: kop op, het gaat niet om een rij huizen 😉 En gelijk had hij natuurlijk.