Toen ik aan mijn voorbereiding naar het marathonvoorjaar begon, deed ik dat met de Marathon Rotterdam als einddoel. Ik was afgelopen zomer een van die lopers die toevallig net op tijd zijn mail checkte en in de gelegenheid was zich in te schrijven en zo dat nooit eerder zo populaire startbewijs op de kop te tikken. Inmiddels heb ik mijn ticket overgedragen aan een clubgenoot bij onze verenging KBoom Running. De plannen zijn gewijzigd!
Naar Boston
Hoe mooi ik de marathon in Rotterdam ook vind, toen ik de vraag kreeg of ik interesse had om de Boston Marathon te lopen, hoefde ik daar niet over na te denken. Graag. Met mijn vrienden van All4Running en adidas reis ik naar de Verenigde Staten in het kader van een campagne rondom de nieuwe schoen van adidas, de Boston 13. En dat komt mooi uit, want de voorloper van die schoen, logischerwijs de Boston 12, is sinds de zomer van 2023 veruit mijn favoriete trainingsschoen. Dubbel feest.
Boston is een week na Rotterdam, dus voor mijn training maakt deze wijziging van de plannen niet veel uit. Het parcours is wel heel anders. Waar Rotterdam, net als vrijwel alle andere Nederlandse marathons, zo vlak als een biljartlaken is, heb je op het traject van Hopkinton naar Boston te maken met de nodige hoogteverschillen. Je zou kijkend naar het hoogteprofiel denken dat dit in je voordeel uitpakt, want er is sprake van een netto hoogteverlies, je finisht op een lager niveau dan je start. Dit is een van de redenen dat een wereldrecord of een kwalificatietijd gelopen in Boston niet officieel is. Vraag dat maar aan Nienke Brinkman.
Netto daling geen voordeel?
In werkelijkheid werkt het hoogteprofiel eerder in je nadeel dan in je voordeel. De sterkste daling heb je in de eerste 6,5 km, terwijl je tussen kilometers 26 en 33 vier pittige klimmetjes achter elkaar te verwerken krijgt, de beroemde en beruchte Newton Hills met Heartbreak Hill als laatste, langste en steilste klim. Een beetje parcourskennis kan je best wat opleveren in Boston. Overigens zijn het helemaal geen extreme heuvels. Ze hebben een stijgingspercentage van 2 tot 4 graden en zijn per stuk niet veel langer dan een meter of 800. Het is vooral waar je ze in de marathon tegenkomt – net als het sowieso al zwaar begint te worden – en het feit dat ze kort na elkaar komen, waarom ze potentieel gevaarlijk zijn.
De vorige keer dat ik in Boston liep, een warme editie in 2019, kwam ik ze wel rennend op, maar na Heartbreak Hill bleek ik me volledig te hebben opgeblazen en werd het ploeteren naar de finish. Dat kan beter!
Lansingerland Run
Heel makkelijk heuvels trainen is het hier in Amsterdam niet, dat is bekend, dus om mijn benen een beetje voor te bereiden op klimwerk zal ik vaker bruggen, viaducten en de heuvel in het Amsterdamse Bos op moeten zoeken. En natuurlijk de loopband af en toe eens op een paar graden steiler zetten. First world problems zijn het, want wat heb ik een mazzel dat ik op deze manier mee kan doen aan die illustere Boston Marathon.
Het trainen gaat nog altijd hartstikke goed. Ik blijf goed naar mijn lichaam luisteren en geef bij twijfel geen gas. Zondag 16 februari liep ik Berkel en Rodenrijs 30 kilometer tijdens de Lansingerland Run met een paar blokken op marathonintensiteit erin. Dat ging grotendeels soepel en toen ik merkte dat ik te hard moest werken om tegen de wind in een tempo vast te houden, besloot ik de marathonintensiteit los te laten en het rustig uit te lopen. Het was niet te dag om te diep te gaan. Laat ik dat nu eens bewaren voor Heartbreak Hill.

                
                


