Hardlopen is een sport die je bij uitstek buiten doet. Lekker de natuur in en er even lekker tussenuit: weer of geen weer. Natuurlijk kun je er ook voor kiezen om op een loopband te trainen. Waarschijnlijk heeft dat niet je grootste voorkeur, maar toch is daar best een aantal voordelen aan verbonden. Wij zetten er vijftien voor je op een rij!
1 – Of het nou regent, stormt, of onweert : niks kan je tegenhouden om gewoon te gaan trainen. Excuses zijn er niet meer!
2 – De loopband daagt je perfect uit. Loop je altijd op snelheid ’10’? Dan probeer je de volgende keer eens snelheid ’11’. Loopt die sporter naast je harder dan jij? Gewoon het tempo omhoog gooien. Heerlijk voor de competitieve lopers onder ons!
3 – Je hoeft niet uit te kijken voor wild rijdende automobilisten, fietsers of honden die achter je aan rennen. Je kunt je perfect concentreren op de inspanning die je levert.
4 – In het verlengde van punt 3 kun je dus ook ongegeneerd muziek luisteren, zo hard je wilt. Die koptelefoon is geen gevaar meer, want je hoeft nu niet op omgevingsgeluiden te letten.
5 – Verveel jij je wel eens tijdens het hardlopen? Tijdens het trainen op een loopband zeg je definitief vaarwel tegen die verveling. Met het grootste gemak kijk je televisie en voor je het weet ben je een paar kilometer (en een leuke serie of film) verder.
6 – Je kunt naar andere sporters in de sportschool kijken. Dat is niet alleen goed tegen de verveling, maar daarnaast kun je er veel inspiratie uit op doen.
7 – Je kunt niet alleen naar anderen, maar ook naar jezelf kijken. Schuif de loopband voor een spiegel en je kunt jezelf onbeperkt bewonderen terwijl je je in het zweet werkt.
8 – Jezelf bewonderen is leuk, maar ook nog eens nuttig. Zo krijg je namelijk een goed beeld van je eigen looptechniek en kun je kijken op welke vlakken je jezelf kunt verbeteren.
9 – Je kunt met iedereen hardlopen. Heb je een loopmaatje die veel te snel of juist te langzaam rent? Dan is het geen optie om buiten te gaan hardlopen. Op de loopband kun je wel samen trainen, zonder dat je die vriend(in) uit het oog verliest.
10 – Geen stoplichten meer. Hardlopers kennen het allemaal: heb je een lekker ritme te pakken, moet je ineens stoppen voor een vervelend verkeerslicht. Onhandig sta je een beetje op twee benen te huppelen terwijl je wacht voordat je weer verder mag. Is het eenmaal zover, dan ben je die lekkere cadans al helemaal kwijt. Op de loopband niks van dat!
11 – Je weet precies welke afstand je loopt. Je loopt dus nooit een meter te veel, maar zeker ook niet te weinig.
12 – Je hoeft nooit bang te zijn om te moeten stoppen. Als je last van je lichaam krijgt – of gewoon té moe bent – kun je de loopband altijd uitzetten. Wanneer je buiten niet meer door kunt, ben je vaak (ver) van huis. Dan moet je nog maar thuis zien te komen!
13 – Je hoeft geen spullen meer te dragen. Drinken, energierepen, sleutels: loopbanden hebben genoeg vakjes om al dat soort dingen op te bergen.
14 – Je hoeft – net als met het weer – geen rekening te houden met de tijd van de dag en dus of het licht of donker is. Dat betekent dat je ook geen speciale spullen als lampjes of reflecterende kleding hoeft aan te schaffen.
15 – Je kunt onbeperkt hoogtemeters maken, zelfs wanneer er geen bergen in de buurt zijn. Je stelt gewoon een stijgingspercentage in en je bent klaar om te gaan!